Maarten Rood is eigenaar van de GSF Glasgroep, het bedrijf dat hij twaalf jaar geleden van zijn vader overnam. Als klein ventje liep hij er al rond, maar het idee het bedrijf over te nemen kwam pas later. En toen wilde hij niet wachten tot zijn vader ‘oud’ genoeg was. Inmiddels is deze ondernemer uit Lelystad de eerste ter wereld die circulair glas maakt. Maar dan ook echt circulair, en dat is wat anders dan gerecyclede ruiten.
Voordat zijn vader voor zichzelf begon, werkte Rood senior bij de ToekomstGroep als glaszetter. ‘Toen dit bedrijf besloot ermee op te houden, is mijn vader doorgegaan met de vestigingen waar hij verantwoordelijk voor was. De klanten bleven. Hij is er dus een beetje ingerold.’ Dat is Rood junior ook niet vreemd, want hij had nooit zo het streven om het bedrijf over te nemen. Ook erin gerold dus, ook al is het werk hem wél met de paplepel ingegoten: ‘Ik was vijf jaar toen mijn vader het bedrijf overnam. Ik ging als klein ventje graag mee; ik at vooral de suikerklontjes naast het koffiezetapparaat. Later ging ik er na schooltijd vaak heen om het magazijn schoon te maken en in de vakanties werkte ik mee met de monteurs. Toen ik mijn rijbewijs haalde, ging ik ook weekenden en avonddiensten draaien. Ik vond het gewoon een stuk leuker dan bij de supermarkt vakkenvullen.’ Maar het bedrijf overnemen, daar was hij nog lang niet mee bezig. Zijn vader ook niet trouwens.
Toen Rood 20 was, was hij klaar met studeren: MBO bouwkunde en daarna een ondernemersopleiding specifiek voor de bouw. ‘Ik wist al dat ik zelfstandig ondernemer wilde worden, maar ik was een beetje zoekende. Ik bedacht dat ik op reis wilde naar Australië voor drie maanden. Dat moest natuurlijk wel betaald worden, en toevallig ging er net iemand weg bij het bedrijf van mijn vader. Kortom, ik kon daar aan de slag. Ik kende het werk en ik vond het ook leuk.’ Rood kwam er al gauw achter dat zijn interesse uit ging naar glasschadeherstel. Hij ging nog wel naar Australië en daar, aan de andere kant van de wereld, bedacht hij dat hij het bedrijf van zijn vader wilde overnemen. ‘Maar dan ook meteen, niet pas over een jaar over tien. Ik was toen 25 en mijn vader 55, dus eigenlijk was hij te jong om te stoppen.
We hebben toen afgesproken dat ik de helft over zou nemen, en vijf jaar later de tweede helft. Daarna kon mijn vader ook nog een paar jaar in loondienst. Dit ging eigenlijk heel soepel. Mijn vader heeft echt nooit zijn mening doorgedreven na de overdracht. Hij heeft altijd alles goed gevonden en zijn advies alleen gegeven als ik erom vroeg.’ De timing was alleen niet ideaal: de kredietcrisis stond voor de deur. ‘Ik ben toen een interieurglasshowroom gestart. Dat was particulierenhandel, terwijl ik eigenlijk had bedacht daar afscheid van te nemen. Ik had gemerkt dat ik renovatieprojecten en schadeherstel in opdracht van verzekeraars boeiender vond om te doen. Zorgen dat zulke processen goed lopen, vind ik veel interessanter dan kleine klussen bij particulieren. Maar tijdens de kredietcrisis deden we die wel; we moesten natuurlijk ook gewoon geld verdienen. Dat deel van het bedrijf hebben we in drie jaar afgebouwd.’
Verduurzaming staat inmiddels hoog in het vaandel bij de GSF Glasgroep. Rood heeft veel stappen gezet op dat gebied. ‘Met glas kun je natuurlijk veel bereiken als het gaat om het verduurzamen van een woning; daar hebben wij ons de laatste jaren erg op gericht. Ook intern letten we op duurzaamheid als je kijkt naar ons wagenpark, afvalscheiding en zonnepanelen. Eén ding blijft echter gewoon lastig: je hebt bij de productie van glas heel veel energie nodig voor de ovens waarin het glas wordt gesmolten. Ook al zijn de grondstoffen nog zo duurzaam, je hebt weinig invloed op dat energieverbruik. Het bleef bovendien knagen dat echt recyclen van glas niet mogelijk bleek. Als glas gehard is of er zit een coating op, dan kun je het namelijk niet recyclen.’
Rood ging zich verdiepen in circulariteit – gewoon met een cursus “Wat is circulariteit” – en ontdekte dat recyclen eigenlijk de laagste vorm van circulariteit is. ‘De hoogste vorm is één op één hergebruik van het materiaal. Dat kan soms wel, maar vaak ook niet. Bij schadeherstel heb je bijvoorbeeld al altijd te maken met ruiten die stuk zijn, hoe kun je die hergebruiken behalve door te recyclen? Grondstoffen zijn natuurlijk niet onuitputtelijk en verduurzaming is noodzakelijk. Dat je heel veel circulair moet gaan invullen, daarvan ben ik wel overtuigd.’
Rood begon vervolgens met de vraag of glas uit een renovatieproject dat niet kapot is, op de een of andere manier uit elkaar gehaald kan worden en opnieuw gebruikt kan worden. ‘Maar hoe doe je dat op grote schaal? Er was geen fabrikant die dit voor ons wilde oppakken: men had geen idee hoe dit zou moeten. Toch zagen wij er wel wat in. We hadden net een bedrijf in Hilversum overgenomen en op dat terrein hebben we toen een groot pand neergezet. Dit is onze eigen fabriek voor circulair glas: hier komt glas naartoe dat we uit elkaar laten snijden. Zo hebben we weer verse bladen glas die we op maat kunnen maken en isoleren. Natuurlijk zitten er nog tal van haken en ogen aan en is de huidige manier van werken nog lang niet perfect, maar het begin is er. Niemand ter wereld doet dit.’ Inmiddels werkte Rood met zijn bedrijf ook mee met een onderzoeksgroep van Hogeschool Amsterdam die bezig was met de vraag of glas circulair kon zijn. Gezamenlijk experimenteerden ze of het hergebruikte glas net zo goed isoleert en net zo sterk is. De resultaten waren positief. ‘Na tal van experimenten zijn we gestart. Voor onze promotiefilmpjes was meteen veel belangstelling, het liep storm. Nu geven we elke woensdag presentaties aan corporaties, verzekeraars, aannemers, architecten, en aan eigenlijk iedereen die bouw gerelateerd werkt en interesse heeft in een circulaire economie. Zo groot is de interesse.’ Rood heeft nu de ambitie om de circulaire glasproductie naar een nieuw niveau te tillen met een echt grootschalige fabriek en een productie die impact maakt.
Dat is een compleet andere manier van werken dan voorheen, grinnikt Rood. ‘Vroeger moest je, als je glasherstel voor woningcorporaties wilde uitvoeren, soms vijf jaar lang bellen en mailen om contacten te leggen en er tussen te komen. Dat was moeilijk. Nu is het zo dat we presentaties geven en bedrijven tegen ons zeggen: wat moet ik doen om hier gebruik van te mogen maken? Dat vind ik wel heel bijzonder.’ De vraag of hij er trots op is dat hij met zijn bedrijf als eerste in de wereld circulair glas maakt, kan hij eigenlijk niet beantwoorden. Dat vindt ie lastig en hij is er de man niet naar om op zoiets trots te zijn. ‘Mijn vader zei laatst dat hij eerst dacht dat ik knettergek geworden was met mijn plannen voor circulair glas, maar dat hij nu zag dat hij zich had vergist. Dat beschouw ik maar als een compliment.’