‘Onze work-life balance is echt de beste ter wereld’

Jin Chen is geboren in China en kwam op haar
dertiende in Nederland wonen, na zeven jaar
in Duitsland en België te hebben gewoond.
Ze spreekt vloeiend Mandarijn, Nederlands
en Engels. Inmiddels is ze een van de meest
ervaren transfer pricingspecialisten van Crowe.
Ze adviseert internationale bedrijven die zich in
Nederland willen vestigen en bedrijven die willen
uitbreiden naar elders in de wereld.

Chen kent de Chinese cultuur goed. “Omdat ik ook vloeiend Chinees spreek, trek ik klanten aan die vanuit China naar Nederland komen. Andersom help ik ook innovatieve Nederlandse bedrijven die hun business in China willen uitbreiden.” Behalve de China business heeft Chen internationale klanten en is ze bezig met het verder uitbreiden van de transfer pricing-praktijk van Crowe. “Sommige met mijn achtergrond en sommige niet, maar allemaal wel transfer pricing-specialisten en multicultureel. Dat is wel het gemeenschappelijke dat we delen voor dit werk.”

Puzzelstukjes zoeken

Chen vertelt dat Nederland in transitie is wat betreft het aantrekken van internationale bedrijven. “Vanuit Nederland willen we een innovatief en groen investeringsklimaat hebben. We hebben onze eigen topsectoren, maar voor andere sectoren hebben we andere bedrijven nodig. Waar ze vandaan komen maakt eigenlijk niet uit, als ze maar niet op de sanctielijst staan.” Chen noemt dat de puzzelstukjes die Nederland nog nodig heeft. Er is een aantal keysectoren waar Nederland zelf op focust: life science & health, de energiesector, IT & Tech, chemicals, agrifood en HTSM (high tech systems and materials). Ook de maritieme techniek, ngo’s, de creatieve industrie, en logistiek zijn belangrijk. Chen: “Dat zijn de topsectoren van Nederland. Dan hebben we nog missende puzzelstukjes; bedrijven in sectoren die hier nog onvoldoende vertegenwoordigd zijn.

Daar gaan we naar op zoek.” Hiervoor werkt Chen al jaren samen met de Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA), een tak van het ministerie van Economische Zaken die overal ter wereld Nederland vertegenwoordigt. “Het is een soort marketingbedrijf van de overheid voor Nederland wereldwijd. De NFIA en de Regional Partners van het Invest in Holland netwerk maken een vertaalslag waarna wij strategisch op zoek kunnen naar bedrijven die ons kunnen helpen de puzzelstukjes op te vullen.” Chen draagt graag bij aan een soft landing. “Daar heeft heel Nederland baat bij. Nederland heeft een luxepositie. Wij zitten vrij vol, maar willen toch impact blijven maken. We moeten kijken naar welke soort innovatieve bedrijven en mensen we daarvoor nodig hebben in Nederland.”

Fiscaal klimaat en de wereld verbinden

Chen kan buitenlandse bedrijven bewegen om te investeren in Nederland. “Want we zijn weliswaar een klein kikkerland, toch zijn we best leidend als het gaat om het investeringsklimaat”, zo stelt ze. “Er zijn al veel internationale bedrijven die hun Europese of wereldwijde hoofdkantoor in Nederland hebben. Dat maakt Nederland nóg aantrekkelijker. Ook heeft Nederland fiscaal een goed klimaat; de Nederlandse belastingdienst is heel vriendelijk. Mits bedrijven wel proactief, transparant zijn en hun fair share aan belastingen willen betalen. Mijn ervaring is dat je altijd om de tafel kunt zitten om te praten over de onzekerheden die je tegenkomt als bedrijf.

Je kunt dan samen kijken naar de mogelijke oplossingen voor de toekomst. Ook als je kijkt naar de connectiviteit zijn we een goed investeringsland. We hebben veel ports: de grootse Europese haven in Rotterdam die groen, innovatief en efficiënt is, Schiphol airport natuurlijk, en in Brabant hebben we ons Brainport en ook nog eens een treinverbinding met China.

Je kan vanuit Nederland dus in China komen met trein, vliegtuig en boot. Kortom, Nederland is verbonden met de wereld; daar zijn we leidend in.” Er komen natuurlijk ook praktische zaken op lokale schaal om de hoek kijken als een bedrijf zich in Nederland wil vestigen, zoals keuze voor de locatie binnen Nederland en woningen voor medewerkers. Daarnaast zijn er op internationaal niveau uitdagingen in regelgeving, kwaliteitseisen en belasting. Chen helpt bij al dat soort zaken.

Levensverhalen delen

Ondanks goede voorbereidingen met behulp van Chen, kunnen bedrijven de stap om naar Nederland te verhuizen als een cultuurschok ervaren. De hiërarchie binnen een bedrijf, de directheid en inspraak verschillen nogal tussen landen. In Nederland ben je bijvoorbeeld veel meer elkaars gelijke binnen een bedrijf en is polderen cruciaal. Chen: “Ook zijn Nederlanders, zoals wel bekend, directer maar ook transparanter. De Aziatische cultuur is daarin heel anders. Aardig zijn en respect tonen zijn heel belangrijk. Voor Chinezen zijn contracten secundair.

Het is voor hen belangrijk om eerst samen te eten en elkaar beter te leren kennen. Je moet elkaars vertrouwen winnen. Gewoon samen koffie drinken is niet voldoende. Je gaat eerst bij elkaar thuis op bezoek en deelt elkaars levensverhaal. Wat voor ons in Nederland vanzelfsprekend is, hoeft dat niet te zijn voor de potentiële Chinese zakenpartner. Deze verschillen kunnen lastig zijn voor een bedrijf, maar tegelijkertijd vinden Aziatische bedrijven het ook móói om hun product te testen in Nederland. Ze krijgen hier veel feedback door onze hoge kwaliteitsstandaard én onze directheid.”

Goed voor de mensen

Als Nederlandse bedrijven worden overgenomen door een internationaal bedrijf, komt er altijd een integratieproces aan te pas. Chen benadrukt dan altijd het belang van het behouden van de cultuur van een bedrijf. “De buitenlandse hoofdkantoorlanden moeten ook weten dat de Nederlandse cultuur hier anders is. Dat vertellen wij ook. Als je jouw eigen cultuur opdringt, dan kun je erop rekenen dat mensen weggaan. Mensen kunnen hun innovatieve ei dan niet meer kwijt en gaan ergens anders werken. Ik zeg ook altijd tegen een management in Nederland dat wordt overgenomen door een internationaal bedrijf dat ze de autonomie, sfeer en cultuur moeten bewaken om juist invloed te hebben op het hoofdkantoor en te laten zien hoe het in Nederland gaat.” Ze merkt overigens wel dat veel mensen graag voor een Nederlands bedrijf willen werken: “Nederlandse bedrijven zijn goed voor hun mensen: er zijn vrijheid, gelijkheid en de arbeidsomstandigheden zijn goed. De work-life balance is hier echt het beste. Dat moeten we echt koesteren. Dat kun je niet kopen met geld.”

Wereldburgers

Chen merkt telkens weer dat mensen die internationaal werken iets gemeen hebben: “Als internationaal opererend bedrijf ben je bezig met internationale handel en het verbinden van de wereld. Je bent als bedrijf een wereldburger. Internationale bedrijven hebben een ander wereldbeeld dan een bedrijf dat maar in één land handelt. Met mensen is dit ook zo: mensen die internationaal hebben gewerkt en gewoond, hebben een heel ander wereldbeeld. Voor mij geldt dat ook. Het beïnvloedt je op een positieve manier.

Je kijkt minder met oogkleppen op. Daar ben ik heel erg dankbaar voor. De wereld wordt bewoond door verschillende mensen, en om die wereld beter te maken hebben we iedereen nodig en moeten we meer begrip voor elkaar creëren. Waar we in Nederland heel goed in zijn, is dat we de wereld een betere plek willen maken. We willen innoveren en nieuwe perspectieven in de zin van creatieve ideeën verzamelen. Dat probeert Nederland te doen met alle internationale bedrijven en expats die hier komen. Als je iedereen bij elkaar zet, kom je tot innovatieve ideeën. Dan hebben we een positieve invloed op Europa, en daarmee ook de wereld.”

‘De wereld wordt bewoond door verschillende mensen, en om die WERELD beter te maken hebben we iedereen nodig en moeten we meer begrip voor elkaar creëren’

Vraag hier de Nuance gratis aan