Terug
Tax 31-08-23

Optimaal pensioenopbouwen in 2023: Nieuwe kansen en regels voor lijfrente

Het Nederlandse pensioenstelsel bestaat uit 3 pijlers om pensioen op te bouwen:

  1. AOW;
  2. aanvullende pensioenopbouw via de werkgever;
  3. aanvullende, individuele pensioenverzekeringen.

Een lijfrente is een aanvullende, individuele pensioenverzekering die de ondernemer een fiscaal gunstige mogelijkheid biedt om pensioen op te bouwen. Bij een lijfrente wordt vanaf een bepaald moment periodiek uitbetaald. Om de lijfrente op te bouwen worden er jaarlijks premies ingelegd. Vaak zijn deze lijfrentepremies onder voorwaarden (deels) aftrekbaar in box 1 voor de inkomstenbelasting. In hoeverre de premies aftrekbaar zijn hangt af van de jaarruimte, de pensioenaangroei die voor een werknemer is opgebouwd door de werkgever (factor A) en de reservering aan de FOR.

De jaarruimte is het deel van de premiegrondslag dat gebruikt mag worden voor het opbouwen van lijfrente. De premiegrondslag bestaat uit het gezamenlijke bedrag in het voorafgaand kalenderjaar van:

  • het gezamenlijke bedrag van de winst uit onderneming voor ondernemingsaftrek; en
  • het belastbaar loon; en
  • het belastbaar resultaat uit overige werkzaamheden; en
  • de belastbare periodieke uitkeringen en verstrekkingen;

met een maximum van € 128.810 (2023) verminderd met een zogenoemde AOW-franchise. Een dotatie aan de FOR in het voorgaand jaar wordt hierop in mindering gebracht, Vanaf 2023 is doteren aan de FOR niet meer mogelijk en verdwijnt deze aftrek.

In 2023 zijn er door de implementatie van de Wet Toekomst Pensioenen met betrekking tot de lijfrenteaftrek en de opbouw van het lijfrentekapitaal een aantal wijzigingen doorgevoerd. Deze wijzigingen kunnen het opbouwen van lijfrente nog interessanter maken voor de ondernemer. De Wet Toekomst Pensioenen ging in op 1 juli 2023, maar heeft een terugwerkende kracht naar 1 januari 2023.

De belangrijkste wijzigingen op een rijtje:

  1. Verruiming jaarruimte
    De maximale lijfrenteaftrek gaat van 13,3% naar 30% van de premiegrondslag. Dit is meer dan een verdubbeling.
  2. Uniformering van de franchise
    De AOW-franchise, oftewel het deel waarover geen pensioen kan worden opgebouwd, wordt verhoogt. In 2023 is deze franchise verhoogd naar € 13.646. Met de komst van de Wet Toekomst Pensioenen wordt de AOW-franchise gelijk gesteld aan de minimale AOW-franchise die in pensioenregelingen via de werkgever moet worden toegepast, voor 2023 bedraagt deze € 16.322.
  3. Verruiming niet-gebruikte jaarruimte
    Ieder jaar mag men pensioen opbouwen. Indien er in een jaar geen pensioen is opgebouwd, ontstaat er in dat jaar een niet-gebruikte jaarruimte. De niet-gebruikte jaarruimte kan in de toekomst alsnog worden gebruikt om in dat jaar extra pensioen op te bouwen. De maximale niet-gebruikte jaarruimte wordt onder de nieuwe wet verruimd van € 7.587 naar € 38.000.
  4. Verruiming inhaalruimte
    Vóór 2023 kon men de niet-gebruikte jaarruimte slechts over de voorgaande 7 jaar alsnog in huidige jaar van aangifte aanvullen. Dit is verandert met ingang van 1 januari 2023 naar 10 jaar.

2023 overgangsjaar
Omdat 2023 als overgangsjaar wordt gezien bedraagt de AOW franchise bij de berekening van de jaarruimte in 2023 nog € 13.646.

Voorbeeld:
Een ondernemer behaalt € 150.000 winst met zijn eenmanszaak en heeft geen reservering voor de FOR gemaakt. De ondernemer wil graag een deel van zijn inkomen doteren aan een lijfrente. Met de nieuwe regels zou dit betekenen dat de ondernemer in 2023 (€128.810 – € 13.646) x 30% = € 35.550 aan lijfrentepremies mag aftrekken van de belastinggrondslag in box 1.