Terug
Tax 06-02-24

Minder belasting betalen bij bedrijfsopvolging?

Winstbelasting

Opvolgers zijn minder belasting kwijt als ze een onderneming erven of geschonken krijgen

Een florerende onderneming, maar kinderen zijn momenteel (nog) niet in beeld als uw reële bedrijfsopvolgers? Toch kan de fiscale bedrijfsopvolging interessant zijn om uw vermogen nu al fiscaal vriendelijk over te hevelen. De fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteit (‘BOR’) in de Successiewet en inkomstenbelasting heeft vele fiscale voordelen. Gelet op de voorgestelde wetswijziging aangaande de BOR, kan het des te interessanter zijn om nu een bedrijfsopvolgingstraject in gang te zetten.

Waarom interessant?

De BOR is een fiscale regeling waarbij minder (of in sommige gevallen zelfs geen) belasting wordt betaald bij een bedrijfsopvolging over het gedeelte van de verkregen onderneming dat kwalificeert als ondernemingsvermogen. De Nederlandse overheid faciliteert met de BOR een (voorwaardelijke) vrijstelling van de schenk- en erfbelasting. Tevens bevat de regeling een mogelijkheid tot het doorschuiven van inkomstenbelasting over het gedeelte dat kwalificeert als ondernemingsvermogen. Deze regeling wordt ook wel de doorschuifregeling (‘DSR’) genoemd. Door de DSR schuift de heffing van de inkomstenbelasting door naar de nieuwe eigenaar.

Er zijn enkele voorwaarden gesteld om in aanmerking te komen voor de BOR-faciliteiten. Deze zijn als volgt:

  • Het bedrijf moet een actieve, lopende onderneming zijn. Als het alleen gaat om beleggingen valt dat niet onder de BOR.
  • Bezitseis: Verder moet de vorige eigenaar minstens 5 jaar eigenaar zijn geweest van de aandelen én van de lopende onderneming. Is de eigenaar overleden? Dan is dit 1 jaar.
  • Voortzettingseis: De onderneming mag niet stoppen vlak na de overname. De ontvanger moet minstens 5 jaar doorgaan met de activiteiten van het bedrijf. Heeft de ontvanger aandelen in een bedrijf gekregen? Dan moet u minstens 5 jaar eigenaar blijven van die aandelen.
  • Dienstbetrekkingseis: Tot slot, de ontvanger moet vooraf aan de schenking 3 jaar in dienst zijn van de lopende onderneming. Gaat het om vererving? Dan geldt deze eis niet.

Aanscherpingen in 2024 en 2025

Vanaf 1 januari 2024Vanaf 1 januari 2025
Verhuur van onroerende zaken: Bij bedrijfsoverdracht gelden de BOR en DSR niet voor onroerende zaken die ondernemers aan derden verhuren. Uitgezonderd zijn onroerende zaken die worden gebruikt voor de eigen bedrijfsuitoefening en die kortdurend ter beschikking worden gesteld in de dienstensector.Definitie beleggingsvermogen: Bij bedrijfsoverdracht gelden de BOR en DSR niet voor al het aanwezige beleggingsvermogen binnen de onderneming. In 2024 bestaat de mogelijkheid nog om 5% van het beleggingsvermogen over te dragen onder de faciliteiten. Deze mogelijkheid vervalt voor de faciliteit in de Successiewet. De verwachting is dat deze in de nabije toekomst ook komt te vervallen in de inkomstenbelasting.
Privé gebruik bedrijfsmiddelen: Bij bedrijfsoverdracht gelden de BOR en DSR niet voor bedrijfsmiddelen met een waarde van meer dan € 100.000 die ondernemers ook privé gebruiken (denk aan dure auto’s, vliegtuigen en boten). De regeling geldt niet meer voor het deel dat deze middelen privé worden gebruikt.Afschaffing dienstbetrekkingseis: Voor de DSR komt de dienstbetrekkingseis te vervallen. De nieuwe eigenaar hoeft niet meer verplicht minimaal 3 jaar in dienst te zijn geweest bij schenking van een aanmerkelijk belang;
Minimumleeftijd voor bedrijfsopvolgers: De BOR en de DSR gelden voortaan bij schenking aan iemand van 21 jaar of ouder. Deze eis geldt niet bij erven.
Vrijstelling in de BOR: De 100%-vrijstelling in de BOR wordt verhoogd van € 1,2 miljoen tot € 1,5 miljoen. Daarbij wordt dan boven dit bedrag 70% vrijgesteld van belasting in plaats van 83%.

Bij aanscherping van de voorwaarden wordt het lastiger voor belastingplichtigen om gebruik te kunnen blijven maken van de BOR, waardoor een relatief hoge belastingheffing op de loer ligt. Wij adviseren u dan ook om dit onderwerp op korte termijn te bespreken met uw adviseur en te overwegen om uw bedrijfsoverdrachten naar voren te halen in de tijd.

Bepalen van de bedrijfswaarde

Om gebruik te maken van de BOR-faciliteiten is een bedrijfswaardering noodzakelijk. Deze bedrijfswaardering wordt uitgevoerd middels de Discounted Cash Flow (‘DCF’) methode, hetgeen voor de Belastingdienst de geaccepteerde waarderingsmethode is. Toekomstverwachtingen zijn bij een DCF waardering het fundament van de (subjectieve) economische waarde. Register Valuators zijn opgeleid om door middel van het stellen van de juiste vragen tot goed onderbouwde uitgangspunten te komen en voorzien u van het benodigde waarderingsrapport.

Vragen, interesse, afspraak maken?

Onze specialisten van het Team Private Wealth kunnen u adviseren over een mogelijke (fiscale) bedrijfsopvolging en begeleiden bij het uitvoeren van dit proces. Onze Register Valuators in het Corporate Finance team zijn gespecialiseerd in het opstellen van waarderingsrapporten die voorgelegd kunnen worden aan de Belastingdienst. U wordt gedurende het BOR-traject door de verschillende specialisten bij Crowe Foederer volledig ontzorgd.