Rouw op de werkvloer: hoe ga je als werkgever om met verzuim na verlies?

Als verzuimspecialist krijg ik regelmatig vragen van werkgevers over hoe zij het beste kunnen omgaan met medewerkers die een ingrijpend verlies hebben meegemaakt. Rouw is geen ziekte, maar kan wel een diepe en langdurige impact hebben op het dagelijks functioneren. Het omgaan met verlies is een persoonlijk proces en vraagt om maatwerk, ook op de werkvloer.

Neem contact met mij op

 

Hoewel rouw niet onder het medische domein valt, zijn de gevolgen ervan vaak vergelijkbaar met psychische klachten. Denk aan concentratieproblemen, slaapproblemen, somberheid, vermoeidheid of moeite met alledaagse werkzaamheden. Deze klachten kunnen ertoe leiden dat een medewerker tijdelijk (deels) uitvalt of niet goed functioneert.

In de praktijk merken wij als arbodienst vaak dat er onduidelijkheid ontstaat bij werkgevers. Hoe lang “duurt” rouw eigenlijk? Wanneer is iemand klaar om weer (volledig) aan het werk te gaan? Dat zijn vragen die niet eenvoudig te beantwoorden zijn, juist omdat rouw zo persoonlijk is.

Wat voor de één steunend is, kan voor de ander belastend zijn. Er is geen vast stappenplan of standaard aanpak. Daarom is het belangrijk dat werkgevers ruimte bieden voor het individuele proces van de medewerker. Ons advies is om het gesprek aan te gaan, niet vanuit de verzuimregistratie, maar vanuit oprechte aandacht en menselijkheid.

In overleg met werkgever en medewerker kijken wij als verzuimspecialist naar wat op dat moment haalbaar is. Soms is volledige rust nodig, in andere gevallen kan een voorzichtige opbouw juist helpend zijn. Flexibiliteit en maatwerk zijn hierbij essentieel.

Wat kun je als werkgever doen?

Een zorgzame en betrokken houding van de werkgever maakt een groot verschil. Enkele praktische tips:

  • Toon oprechte betrokkenheid: Neem contact op, bied een luisterend oor, en laat merken dat je meeleeft, zonder druk uit te oefenen.
  • Stimuleer open communicatie: Vraag wat de medewerker op dat moment nodig heeft en wat helpend zou zijn.
  • Werk samen aan een passend re-integratieplan: In overleg met de arbodienst en de medewerker kan gekeken worden naar een geleidelijke terugkeer, afgestemd op het rouwproces.
  • Blijf alert op langdurige klachten: Rouw kan in sommige gevallen overgaan in een depressie of burn-out. Tijdige signalering en eventueel doorverwijzen naar professionele hulp is dan belangrijk.

De wettelijke regeling rond rouwverlof is beperkt: meestal slechts een paar dagen bij het overlijden van een naaste. Toch zien we steeds meer werkgevers die kiezen voor een ruimer en menselijker beleid. Denk aan extra verlofdagen, tijdelijke taakverlichting, thuiswerkmogelijkheden of flexibele werktijden. Daarmee geef je niet alleen ruimte voor verwerking, maar ook blijk van goed werkgeverschap.

Rouw stopt niet zodra iemand weer op de werkvloer verschijnt. Het verlies blijft, en daarmee ook de emotionele impact. Zorg daarom voor blijvende aandacht. Plan na terugkeer regelmatig contactmomenten in, bied ondersteuning waar nodig en schakel waar passend coaching of specialistische begeleiding in.

Als arbodienst geloven wij in een aanpak waarin ruimte is voor rouw én aandacht voor inzetbaarheid. Niet alles hoeft direct opgelost te worden. Het begint bij luisteren, erkennen en samenwerken aan herstel. Een medewerker die zich gehoord en gesteund voelt, keert vaak niet alleen sneller terug, maar hervindt ook eerder motivatie, vertrouwen en veerkracht.

Bent u op zoek naar een nieuwe arbodienst en benieuwd wat wij voor u kunnen betekenen? Wij gaan graag met u in gesprek.

Neem contact met ons op!

Odette Struycken
Manager Crowe Vitaal +31 (0)6 11 12 95 92